Als advocaat arbeidsrecht te Rotterdam verlenen wij rechtshulp bij problemen met een concurrentiebeding. Een non-concurrentiebeding is een beding dat werknemers ernstig kan belemmeren in de keuze van een nieuwe werkgever. De belangen van de werkgever en de werknemer zijn hier vaak tegengesteld. Vandaar dat de wetgever de rechter de mogelijkheid geeft om de gevolgen van een concurrentiebeding te matigen of helemaal buiten werking te stellen. Artikel 7:653 BW luidt als volgt.
1. Een beding tussen de werkgever en de werknemer waarbij deze laatste wordt beperkt in zijn bevoegdheid om na het einde van de overeenkomst op zekere wijze werkzaam te zijn, is slechts geldig indien:
a. de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is aangegaan; en
b.de werkgever dit beding schriftelijk is overeengekomen met een meerderjarige werknemer.
2. afwijking van lid 1, aanhef, en onderdeel a, kan een beding als bedoeld in lid 1 worden opgenomen in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, indien uit de bij dat beding opgenomen schriftelijke motivering van de werkgever blijkt dat het beding noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen.
3. De rechter kan een beding als bedoeld in lid 1 en lid 2:
a. geheel vernietigen indien het beding, bedoeld in lid 2, niet noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen; of
b. geheel of gedeeltelijk vernietigen indien in verhouding tot het te beschermen belang van de werkgever, de werknemer door dat beding onbillijk wordt benadeeld.
4. Aan een beding als bedoeld in lid 1 of lid 2 kan de werkgever geen rechten ontlenen, indien hij wegens de wijze waarop de overeenkomst is geëindigd, schadeplichtig is.
5. Indien een beding als bedoeld in lid 1 of lid 2 de werknemer in belangrijke mate belemmert om anders dan in dienst van de werkgever werkzaam te zijn, kan de rechter steeds bepalen dat de werkgever voor de duur van de beperking aan de werknemer een vergoeding moet betalen. De rechter stelt de hoogte van deze vergoeding met het oog op de omstandigheden van het geval naar billijkheid vast; hij kan toestaan dat de vergoeding op de door hem te bepalen wijze in termijnen wordt betaald. De vergoeding is niet verschuldigd, indien de werknemer wegens de wijze waarop de overeenkomst is geëindigd, schadeplichtig is.
De rechter kan dus zeker uitkomst bieden. Wel wordt vaak te gemakkelijk gedacht over het beperken van een non-concurrentiebeding. Als dit beding de werknemer beperkt in zijn mogelijkheden om ander werk te vinden, betekent dit niet automatisch dat de rechter het beding wel zal vernietigen of matigen. In de praktijk echter wordt veel gevallen het beding door de rechter (gedeeltelijk) beperkt in tijd of omvang. Als er sprake is van een functie waarbij een bepaalde vertrouwensrelatie met klanten bestaat of waarin bepaalde informatie en kennis van groot belang is voor het bedrijf, dan zal de rechter, met het oog op de belangen van de werkgever, kritisch omgaan met een verzoek tot wijziging van het non-concurrentiebeding. Voor verdere informatie, zie ook 5 tips om van een concurrentiebeding af te komen.
Voor vragen over het non-concurrentiebeding kunt u contact opnemen met een van onze advocaten arbeidsrecht.